22/09/2022
Het huidige tarief in box 3 bedraagt 31%. Dat tarief wordt in 2023, 2024 en 2025 steeds met 1%-punt verhoogd. Het heffingvrije vermogen wordt per 1 januari 2023 verhoogd van € 50.650 naar € 57.000 per belastingplichtige. Het reeds lang aangekondigde nieuwe stelsel voor box 3 moet in 2026 ingaan. Dat stelsel gaat uit van het werkelijk behaalde rendement. Tot die tijd wordt belasting in box 3 geheven op basis van een forfaitair rendement over de werkelijke samenstelling van het vermogen.
De tariefsverhoging in box 3 is bedoeld om de belastingdruk op arbeid en vermogen meer in balans te brengen. Deze verhoging maakt een verlaging van de belastingdruk in box 1 mogelijk. Het effect van de tariefsverhoging wordt door de verhoging van het heffingvrije vermogen gematigd voor belastingplichtigen met een relatief klein vermogen.
Op 24 december 2021 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat het stelsel van belastingheffing in box 3 in bepaalde gevallen in strijd is met het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). Voor die situaties moet rechtsherstel worden geboden. Daarmee is een begin gemaakt met het Besluit rechtsherstel box 3. Dat besluit is gepubliceerd vooruitlopend op wetgeving. Het wetsvoorstel Wet rechtsherstel box 3 is de wettelijke vertaling van het Beleidsbesluit. Dit wetsvoorstel heeft terugwerkende kracht tot en met 1 juli 2022.
De doelgroep voor het rechtsherstel bestaat uit de belastingplichtigen, die waren aangesloten bij de massaalbezwaarprocedures, uit belastingplichtigen van wie de aanslag over 2017, 2018, 2019 of 2020 nog niet onherroepelijk vaststond op 24 december 2021 en uit belastingplichtigen van wie de aanslagen op die datum nog niet waren vastgesteld. Dat betekent dat het rechtsherstel ook geldt voor de aanslagen over 2021 en 2022.
De nieuwe berekening van het inkomen in box 3 gaat uit van de werkelijke samenstelling van het vermogen. Het vermogen wordt onderverdeeld in banktegoeden, overige bezittingen en schulden. Voor iedere categorie geldt een forfaitair rendement. Het rendement wordt per vermogenscategorie berekend door het toepasselijke rendementspercentage te vermenigvuldigen met de waarde van de bezittingen of schulden op 1 januari van het kalenderjaar.
Het forfaitaire rendement voor banktegoeden wordt gebaseerd op het gemiddelde maandelijkse rentepercentage op deposito’s van huishoudens met een opzegtermijn van maximaal drie maanden. Het forfaitaire rendement voor schulden wordt gebaseerd op de gemiddelde maandelijkse rente over het uitstaande bedrag aan woninghypotheken van huishoudens. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen verschillende typen schulden.
Voor de overige bezittingen blijft de huidige formule van vaststelling van het rendement van toepassing. Die sluit aan bij het meerjarig gemiddelde bruto rendement op obligaties, aandelen en onroerend goed.
De percentages voor de jaren 2017 tot en met 2021 en het percentage voor categorie II in 2022 zijn reeds bekend.
Jaar |
Banktegoeden (I) |
Overige bezittingen (II) |
Schulden (III) |
---|---|---|---|
2017 |
0,25% |
5,39% |
3,43% |
2018 |
0,12% |
5,38% |
3,20% |
2019 |
0,08% |
5,59% |
3,00% |
2020 |
0,04% |
5,28% |
2,74% |
2021 |
0,01% |
5,69% |
2,46% |
2022 |
|
5,53% |
|
Het heffingvrije vermogen wordt als volgt in mindering gebracht. Voorgesteld wordt om voor het bepalen van het voordeel uit sparen en beleggen het effectieve rendementspercentage uit de drie vermogenscategorieën te vermenigvuldigen met de rendementsgrondslag, verminderd met het heffingvrije vermogen.
Bij het verlenen van rechtsherstel kan het voorkomen dat meer uitgaven voor specifieke zorgkosten of aftrekbare giften in aftrek komen. Bij het verlenen van het rechtsherstel wordt aangesloten bij de door de fiscale partners in de aangifte gekozen verdeling van deze uitgaven. Fiscale partners kunnen via een verzoek om ambtshalve vermindering kiezen voor een andere verdeling van de extra aftrek dan de in de aangifte gekozen verdeling.
Wetsvoorstel overbrugging box 3
Vooruitlopend op de aangekondigde invoering van belastingheffing op basis van het werkelijke rendement wordt de Wet IB 2001 voor de jaren 2023 tot en met 2025 aangepast. De belastingheffing in box 3 komt in die jaren grotendeels overeen met de wijze waarop het rechtsherstel voor de jaren tot en met 2022 is vormgegeven. Het vermogen wordt hiertoe onderverdeeld in drie categorieën: banktegoeden, overige bezittingen en schulden.
In afwijking van het rechtsherstel wordt contant geld aangemerkt als banktegoed.
Vrijstelling groene beleggingen
Voor groene beleggingen geldt een vrijstelling in box 3. Door aan te sluiten bij de werkelijke samenstelling van het vermogen moeten groene beleggingen worden gesplitst in sparen en beleggen. De vrijstelling voor groene beleggingen wordt over deze twee vermogenscategorieën verdeeld. Dat gebeurt door de vrijstelling eerst zo veel mogelijk in mindering te brengen op de groene beleggingen. Het resterende deel van de vrijstelling wordt in mindering gebracht op de groene spaartegoeden. Het wetsvoorstel wijkt op dit punt af van het rechtsherstel, zoals dat geldt voor de jaren 2017 tot en met 2022.
Categorieën
23/02/2023
Vanaf 2023 telt de hoeveelheid fosfaat uit meststoffen met een hoog gehalte aan organische...
Lees meer09/03/2023
Het concurrentiebeding in een arbeidsovereenkomst verbood de werknemer om binnen twaalf maanden na het...
Lees meer19/01/2023
In een procedure over een naheffingsaanslag bpm heeft Hof Den Bosch vastgesteld dat de...
Lees meer17/11/2022
De Tweede Kamer heeft op 10 november 2022 het pakket Belastingplan 2023 aangenomen. Ook...
Lees meer24/03/2022
De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel, waarmee de maximale wettelijke betaaltermijn van het grootbedrijf...
Lees meer22/12/2022
De wettelijke rente gaat per 1 januari 2023 van 2 naar 4%. De laatste...
Lees meer08/12/2022
De periode waarin het mogelijk is om vaststelling van de loonkostensubsidie NOW-5 aan te...
Lees meer21/07/2022
Bij de Tweede Kamer is een initiatiefwetsvoorstel van GroenLinks aanhangig. Het wetsvoorstel regelt de...
Lees meer09/06/2022
In een procedure over de naheffing van douanerechten was de vraag of de ingediende...
Lees meer11/11/2022
Voor aftrek van giften aan het algemeen nut beogende instellingen en aan steunstichtingen SBBI...
Lees meer23/02/2023
De Hoge Raad heeft een uitspraak van Hof Den Haag vernietigd. Voor het hof...
Lees meer23/03/2023
Bij de bepaling van het voordeel uit sparen en beleggen op grond van de...
Lees meer09/06/2022
Hof Den Bosch heeft onlangs uitspraak gedaan over de toepassing van het verdrag ter...
Lees meer06/10/2022
De Tweede Kamer heeft tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen een motie aangenomen over de...
Lees meer04/07/2022
De vakantieperiode staat weer voor de deur. Dat betekent dat er wellicht nog...
Lees meer23/02/2023
Uit het buitenland aangeworven werknemers komen op verzoek en onder voorwaarden in aanmerking voor...
Lees meer02/02/2023
Voor de omzetbelasting is iedereen die een bedrijf zelfstandig uitoefent ondernemer. Een ondernemer is...
Lees meer21/04/2022
De Tweede Kamer heeft de regering in een motie gevraagd om in afwachting van...
Lees meer19/01/2023
De regeling voor willekeurige afschrijving is tijdelijk verruimd voor aangewezen nieuwe bedrijfsmiddelen. Deze verruiming...
Lees meer11/08/2022
De waarde van onroerende zaken in Nederland wordt jaarlijks vastgesteld. Als peildatum voor de...
Lees meer03/11/2022
Bij de verkrijging van in Nederland gelegen onroerende zaken is overdrachtsbelasting verschuldigd. Het tarief...
Lees meer08/09/2022
Volgens de Gemeentewet kunnen gemeenten een parkeerbelasting heffen. In deze wet wordt onder parkeren...
Lees meer03/03/2022
In een brief aan de Tweede Kamer heeft de staatssecretaris van FinanciËn gezegd dat...
Lees meer23/02/2023
Een werkgever en een langdurig arbeidsongeschikte werknemer hebben een beËindigingsovereenkomst gesloten. Daarin is overeengekomen...
Lees meer16/03/2023
Dit voorjaar stelt het ministerie van EZK meerdere subsidieregelingen open voor energie-innovatieprojecten en voor...
Lees meer08/12/2022
De Successiewet kent een voorwaardelijke vrijstellingsregeling voor de verkrijging van ondernemingsvermogen. Deze zogeheten bedrijfsopvolgingsregeling...
Lees meer22/12/2022
De minister van SZW heeft bekend gemaakt dat de maximum uurprijzen, waarop de kinderopvangtoeslag...
Lees meer23/03/2023
De staatssecretaris heeft een wetsvoorstel met wijzigingen voor enkele bijzondere regimes in de vennootschapsbelasting...
Lees meer© Copyright 2023 - A+B Adviesgroep
Webdesign: Reclamestal